Korea, jaren '30, tijdens de Japanse kolonisatie. De jonge Sook-Hee is aangenomen als dienstmeisje van vrouwe Hideko, een rijke Japanse erfgename. Hideko leeft op een groot landgoed, afgesloten van de buitenwereld en in de macht van een tirannieke oom die haar verontrustende literatuur laat lezen. Sook-Hee weet Hideko's vertrouwen te winnen, maar blijkt een geheime agenda te hebben: ze werd ingehuurd door een oplichter die zich uitgeeft voor een Japanse graaf. Zijn plan is om met Hideko te trouwen om haar daarna in een psychiatrische kliniek te laten opnemen en zelf haar fortuin in handen te krijgen.